![]() |
Interview met Joe Brown (Sun 01/12/2002) |
Toen Omar Sneed eind vorig seizoen te kennen gaf Wevelgem te verlaten, ging het Power-bestuur naarstig op zoek naar een vervanger. Met Thomas Terrell leken ze opnieuw een goudhaantje binnen te halen, maar die stuurde zijn kat naar Wevelgem en trok naar Mexico. Power moest dus opnieuw op zoek naar een scorende Amerikaan en kwam uiteindelijk bij Joe Brown terecht. En dat Joe de korf weet hangen, bewees hij de afgelopen partijen al: gemiddeld 21 punten per wedstrijd. Maar voor hem is dat niet belangrijk: de wat bedeesde Joe hecht niet zoveel belang aan zijn persoonlijke prestaties; hij wil eerst en vooral winnen. Dat Power tot nog toe slechts één zege boekte, zit hem dan ook dwars. Je bent hier nu al een drietal maand. Wat vind je van de gemeente Wevelgem? ‘I like it here. Het is hier goed vertoeven. Wevelgem is een rustige plek, niet te groot ook. Ik heb het hier erg naar mijn zin. Het enige waarmee ik soms een probleem heb, zijn de openingsuren van de winkels. 's Avonds of op zondag zijn die bijna allemaal dicht. Bij ons thuis zijn de winkels 24/7 open: 24 uur op een dag, zeven dagen per week.’ Ben jij dan geen uitgaanstype en pleziermaker zoals Kitt? ‘Niet echt, nee. Ik ga niet zo graag uit. Af en toe ga ik wel eens met de ploeg mee op stap, maar om dat elke week te doen. Nee, bedankt. Ik lig liever languit voor de televisie. Ik ben eerder een rustig type.’ Voor je naar hier kwam, had je dan al van Wevelgem gehoord? ‘Nee, helemaal niet.’ En van België? ‘Ik moet bekennen dat ik eigenlijk niets van dit land wist. Of toch. Belgian wafels, daar had ik al van gehoord. Ik had ze ook al geproefd. Maar voor de rest zei België me niets.’ Een vreemd land, een vreemde cultuur. Heb je veel aanpassingsproblemen gekend? ‘Ik kwam hier inderdaad in een totaal vreemde omgeving terecht, maar werd meteen heel goed opgevangen: de coaching-staff, het bestuur, mijn medespelers,... iedereen zorgde er meteen voor dat ik me hier goed in mijn vel voelde. In het begin hebben ze alles voor me geregeld. Dat was voor mij een hele opluchting en ik ben hen daar heel dankbaar voor.’ Je hebt dus al heel wat mensen leren kennen? ‘Ik heb hier al veel vrienden gemaakt. Op straat kom ik ook vaak bekenden tegen. Maar meer dan een 'Hi' en 'See ya' zit er voorlopig niet in. Met wie ik dan vaak optrek? Met Tony natuurlijk, terwijl ik ook met Sam en Rob een goede band heb. Met de anderen heb ik iets minder contact.’ Je vriendin is in de VS gebleven. Dat moet niet makkelijk zijn. ‘Dat is zeker moeilijk, maar het kon niet anders. Momenteel studeert ze nog rechten. Mee naar hier verhuizen zat er dus niet in. En ik kreeg hier in Wevelgem een kans om me verder te ontplooien en ervaring in Europa op te doen. Per slot van rekening verdien ik geld met basketballen. In je professionele leven moet je soms moeilijke beslissingen nemen. Dit was er één van. We houden contact door te mailen en te telefoneren. En rond de kerstperiode zal ik ze terugzien.’ Waarmee hou je je in je vrije tijd dan zoal bezig? ‘Ik kijk erg graag tv. Op dat vlak kan ik zeker niet klagen: veel tv-stations zenden Engelstalige programma's uit, zodat ik die makkelijk kan volgen. Bovendien heb ik ook Canal +. En ik trek geregeld met Tony en zo op. Dan gaan we vaak naar een of ander fastfoodrestaurant.’ Je bent dus geen keukenprins? ‘Zeker niet. Gelukkig zijn er in de buurt enkele Mc Donald's, anders zouden we misschien sterven van de honger. (lacht) Nee, serieus. Ik kan eigenlijk niet koken. Toen ik nog aan de universiteit studeerde, was ik ook wel lang van huis weg; maar ik had het geluk dat er in Baltimore familie van mijn vader woonde. Zo kon ik bij hen geregeld een hapje eten.’ Terug naar Power nu. Hoe sterk schat je Wevelgem in? ‘Mijns inziens hebben we een redelijk sterke ploeg, maar het komt er nog niet uit. We verdienen dan ook meer dan die ene zege. Het is zaak om hard te blijven trainen en dan zal het tij wel keren. Het jammere is dat we al enkele 'close games' speelden, maar op de cruciale momenten een paar foutjes maakten waardoor we verloren. Maar ik ben ervan overtuigd dat, als we op training nog harder werken, we die 'close games' in ons voordeel zullen beslechten. Vergeet bovendien niet dat we nog altijd Piet missen. Als hij terug is, zullen we onder de borden meer ademruimte hebben.’ Wat vind je van het niveau van de Belgische competitie? ‘Hier wordt op een erg hoog niveau gespeeld. Er zijn hier veel goede spelers actief, waardoor het een zware competitie is. Je moet dus elke keer opnieuw het beste van jezelf geven. Wat me ook al opviel, is het feit dat er hier ook erg fysiek en agressief wordt gespeeld. Vooral als je je probeert vrij te spelen, wordt er constant getrokken en geduwd. Toen ik collegebasketbal speelde, werd dat altijd bestraft, terwijl de refs dat hier niet fluiten. Dat maakt het er niet makkelijker op om je altijd goed vrij te spelen.’ En als je dan de bal krijgt, loop je de kans een loopfout tegen te krijgen. ‘Nog zoiets. In Amerika wordt er heel veel op die eerste stap getraind: eerst een grote stap zetten om voorbij je man te raken en dan pas beginnen dribbelen. Het probleem hier is dat dat niet mag. Hier moet je al een dribbel gedaan hebben voor je die stap mag zetten. Dat was een hele aanpassing.’ Slotvraagje: er is nu een break van drie weken voorzien (campagne Belgian Lions). Maak je daarvan gebruik om je familie te gaan opzoeken? ‘Nee, ik blijf hier. Niet dat ik hen niet wel zien, maar we krijgen te weinig vrijaf om de trip te maken. In de paar dagen vakantie die we krijgen zal ik de conditie onderhouden en wat uitrusten om er dan weer voluit tegenaan te kunnen gaan. Want voor nieuwjaar spelen we nog drie erg belangrijke wedstrijden. Daarin willen we onze supporters laten zien dat we nog kunnen winnen. In de thuispartij tegen Oostende vielen de supporters na de rust wat stil. Begrijpelijk, want toen zagen ze dat we niet zouden winnen. Maar ik ben ervan overtuigd dat, als we enkele keren na elkaar kunnen zegevieren, het publiek weer als één man achter ons zal staan en er opnieuw ambiance zal zijn.’ Axe |